Spoedwet KEI: einde digitaal procederen en wijzigingen burgerlijk procesrecht

Spoedwet KEI: einde digitaal procederen en wijzigingen burgerlijk procesrecht

Vandaag (1 oktober 2019) treedt de Spoedwet KEI in werking. Deze wet regelt het einde van de KEI-pilots bij de rechtbanken Gelderland en Midden-Nederland.

Concreet betekent dit dat er geen nieuwe digitale procedures meer worden begonnen; we moeten dus weer verplicht op papier procederen. De reeds lopende digitale procedures worden natuurlijk wel afgemaakt. Voor deze rechtbanken geldt vanaf vandaag het ‘gewone’ burgerlijk procesrecht weer en ze lopen dus weer in de pas met de overige rechtbanken. Bij de twee pilotrechtbanken begint een procedure vanaf vandaag  dus ook weer met een dagvaarding in plaats van een procesinleiding en oproepingsbericht.

Wijzigingen burgerlijk procesrecht

Het ‘gewone’ burgerlijk procesrecht is per vandaag ook op enkele punten gewijzigd. Het doel hiervan is om de rechter een sterkere regiefunctie te geven en het uitbreiden van de mogelijkheden tijdens de mondelinge behandeling (voorheen comparitie). Ook schaft de Spoedwet KEI het pleidooi af. Deze wijzigingen zijn overgenomen uit het burgerlijk procesrecht zoals dat voor KEI gold (artikel 30k-30n Rv KEI).

Mondelinge behandeling

De grootste verandering is het vervangen van de mondeling behandeling in de plaats van de comparitie. De rechter kan de mondelinge behandeling naar eigen goeddunken inrichten. De mondelinge behandeling is meer omvattend dan de comparitie. De rechter zal mondelinge behandeling nog steeds gebruiken om inlichtingen te krijgen en om te proberen om een schikking te bereiken. Maar de rechter kan meer. Zo kan de rechter bevelen dat een partij een getuige of deskundige meeneemt naar de zitting. Overigens kunnen partijen dit ook uit eigen beweging doen, maar de partij die de getuige of deskundige wil meenemen moet dit wel ruim van tevoren aangeven (zie de procesreglementen onder aan dit blog).

Geen proces-verbaal

Wat ook verandert, is dat het opmaken van een proces-verbaal van de zitting niet meer wettelijk verplicht is. In de praktijk werd het opmaken van een proces-verbaal al vaak achterwege gelaten. Vooral kantonrechters maakten zich hier schuldig aan. Vanaf vandaag mag dat dus. Een proces-verbaal moet worden opgemaakt op verzoek van een partij als die partij daar belang bij heeft of op verzoek van de hogerberoepsrechter of de Hoge Raad. Ook kan de rechter het uit eigen beweging doen.

Pleidooi afgeschaft

Het pleidooi is niet meer. Althans het is geen aparte proceshandeling meer. Ook dit is overgenomen uit het burgerlijk procesrecht onder KEI. De redenatie is dat partijen hun standpunten altijd mondeling kunnen toelichten tijdens de mondelinge behandeling en daarom is het pleidooi niet meer nodig. Ik ben benieuwd hoe dit in de praktijk zal uitpakken.

Het pleidooi in cassatie blijft wel bestaan, omdat dit het karakter heeft van rechtsgeleerde toelichting op de cassatiemiddelen. Het karakter is dus anders dan het pleidooi in eerste aanleg en in hoger beroep, aldus de Minister.

Nieuwe procesreglementen

Vanzelfsprekend zijn de procesreglementen van de rechtbanken en de gerechtshoven aangepast naar dit nieuwe procesrecht. De nieuwe procesreglementen vind je hier:

Spoedwet KEI: einde digitaal procederen en wijzigingen burgerlijk procesrecht

De comparitie van partijen

UPDATE: Per 1 oktober 2019 bestaat de comparitie niet meer, maar is er de mondelinge behandeling… Meer informatie.

=====

Nadat de dagvaarding is betekend en de gedaagde zijn verweer (conclusie van antwoord) heeft ingediend, volgt in het overgrote deel van de gevallen een comparitie van partijen.

Wat een comparitie van partijen is en hoe die verloopt, bespreek ik in dit blog.

Wat is een comparitie?

Een comparitie is een bijeenkomst van partijen bij de rechter. Uitgangspunt is dat de rechter bepaalt dat er een comparitie komt. Mocht de rechter van mening zijn dat de zaak niet geschikt is voor een comparitie, dan kan hij een comparitie achterwege laten.[1]

Bij de kantonrechter mag een partij alleen of met een gemachtigde verschijnen. Bij de rechtbank, sector civiel moet een partij op de comparitie verplicht met een advocaat verschijnen.[2]

Doel comparitie

Een comparitie kan twee doelen hebben, namelijk (i) de rechter wil nadere inlichtingen van partijen ontvangen en (ii) het beproeven van een minnelijke schikking. Over het algemeen komen beide onderdelen aan bod. Ik heb nog maar één keer meegemaakt dat de rechter alleen maar inlichtingen wenste en geen poging deed een schikking te bereiken.

In de rechtszaal

Als iedereen plaats heeft genomen, zal de rechter vragen wie er allemaal aanwezig zijn. Vervolgens zal hij uitleggen wat de bedoeling is. Als de inhoudelijke behandeling begint, zal de rechter vaak beginnen met het stellen van vragen aan partijen en hun advocaat/gemachtigde. Ook is er ruimte voor discussie. Op enig moment zal de rechter de informatie hebben die hij nodig acht. Meestal wordt dan de vraag gesteld of partijen bereid zijn om alsnog te schikken. Hierbij geeft de rechter aan beide partijen de zwakke(re) punten van hun zaak aan en veelal wordt ook aangegeven dat doorprocederen wel eens tot hele hoge kosten kan leiden. Partijen ervaren vaak dat de rechter veel druk op hun uitoefent om toch te gaan schikken. Dat is vervelend, maar de rechter kan je niet dwingen om te gaan schikken.

Komt een schikking tot stand, dan wordt dat ter plekke vastgelegd in een proces-verbaal. Dit proces-verbaal wordt uitgegeven in executoriale vorm. Dat betekent dat het wordt voorzien van een stempel met de tekst “In naam van de Koning”. Het gevolg hiervan is dat als de wederpartij de schikking niet nakomt, de deurwaarder het proces-verbaal kan betekenen. Daarna kan bijvoorbeeld beslag op de woning van de wederpartij worden gelegd en uiteindelijk kan de woning worden verkocht.

Komt geen schikking tot stand, dan bepaalt de rechter op welke roldatum de zaak weer op de rol zal komen. Op deze rolzitting wordt dan vonnis gewezen of de zaak wordt aangehouden. Helaas komt dat laatste vaak voor. Wordt (eindelijk) vonnis gewezen, dan kan dit een eindvonnis of een tussenvonnis zijn.

Een eindvonnis maakt – de naam zegt het al – een eind aan de procedure. Er wordt een definitieve beslissing gegeven over de vordering. Een tussenvonnis is een vonnis waarbij geen eind wordt gemaakt aan het geding. In een tussenvonnis kan bijvoorbeeld een bewijsopdracht worden gegeven. Het kan ook zijn dat een vonnis deels eindvonnis en deels tussenvonnis is.

==========

[1] Artikel 131 Rv.

[2] Artikel 87 lid 2 Rv en artikel 88 lid 1 Rv.

%d bloggers liken dit: